
De oprichter van de latere Egmond gitarenfabriek, Uilke Gerard Egmond (1878-1959), was stationschef van beroep.
Uilke ging op zijn 55e met pensioen. Hij was een begenadigd violist en na zijn pensionering begon hij met het geven van muzieklessen en startte hij in Valkenswaard de muziekwinkel “Musica” waar instrumenten verkocht werden die afkomstig waren uit Tsjechië, Duitsland, Spanje en Oost-Europa.
Omdat veel van zijn vioolleerlingen uit Eindhoven kwamen verhuisde zijn muziekschooltje naar de Binnenwiertzstraat (thuis) in Eindhoven. De muziekwinkel werd gevestigd aan de Kerkstraat 48 in Eindhoven. Toen tijdens de oorlog de handel in muziekinstrumenten stil kwam te liggen werd gestart met het zelf bouwen van gitaren.

Gerard ging al in 1936 met Uilke naar de muziekbeurs in Leipzig en ging meer en meer met hem samenwerken. Zo voerden ze al kleine reparaties uit.
De import van instrumenten uit Oost-Europa kwam door de oorlog tot stilstand. Dit was de aanleiding om zelf aan de slag te gaan. Ze startten ze de eerste gitaarproductie vanuit een schuurtje aan de Gestelsestraat in Eindhoven. Het maken van de eerste gitaar duurde één week. Later werd een fabriekje in de Ten Hagestraat, Eindhoven gestart en aan de Smalle Haven ook in Eindhoven. Dit werd verwoest door een Brits bombardement in 1942. De eigen productie beperkte zich toen tot eenvoudige akoestische gitaren en Hawaiiaanse steelgitaren, ook werden reparaties aan diverse muziekinstrumenten uitgevoerd.

Piet heeft binnen het bedrijf op financieel vlak zijn steentje bijgedragen.


Meer over het gezin
Dick en Jaap kwamen tijdens de oorlog ook in de zaak werken.
Na de oorlog maakte men de instrumenten in de Frankrijkstraat. In Aalst-Waalre was de spuiterij gevestigd.
Begin jaren 1950 was er twintig man personeel in dienst en werden er 50 gitaren per week gebouwd. Naast gitaren werden er ook versterkers en gitaarelementen geproduceerd. Rond 1955 was het aantal personeelsleden gegroeid naar 30 en werden er 500 gitaren per week geproduceerd. Naast de Egmond gitaren produceerde men ook instrumenten onder de naam Wilson, Miller en Caledonië. Ook de export begon langzaam op gang te komen.
Eind jaren 50 begon de belangstelling voor elektrische gitaren te groeien. Door het importverbod van de Verenigde Staten moest Groot-Brittannië gitaren elders inkopen. Importeur Rosetti kocht de gitaren uit Eindhoven/Best en deze werden met de merknaam Rosetti verkocht in Groot-Brittannië.
De taakverdeling onder de broers was als volgt: Gerard was algemeen directeur, Dick was technisch directeur. Dick heeft in de fabriek zich met de technische ontwikkelingen beziggehouden. Hij ontwierp machines voor het monteren van de gitaren. Dit ook om alles zelf te kunnen maken. Hij werd ook wel ‘de uitvinder’ genoemd. Jaap heeft zich vooral gefocust op de verkoop van de instrumenten uit de fabriek en later in de winkel ‘Musica’ aan de Hoogstraat in Eindhoven, waar Egmond-producten verkocht werden. Maar ook bijvoorbeeld klarinetten van Schreiber en Buffet Crampon.
In 1960 maakten 80 man zo’n 2.000 gitaren per week. Naast gitaren werden ook banjo’s, mandolines, versterkers, snaren, plectrums etc. gemaakt. Het bedrijf groeide uit zijn voegen en dus werd nieuwbouw de oplossing.
1960-1976: Best
Op 2 november 1960 werd het nieuwe pand officieel geopend. De nieuwe fabriek bevond zich aan de Randweg 2 te Best.
De naam van het bedrijf was officieel “Egmond N.V. Best voorheen Musica”. Daarna kwam het bedrijf tot nog grotere bloei en produceerde men jaarlijks miljoenen gitaren, die over de hele wereld geëxporteerd werden.









Uitspraak van Gerard in een artikel in “De Televizier” in 1960: “Wat de Zwitsers bereikt hebben met hun horloges, dat willen wij bereiken met onze gitaren”.
In de fabriek werkten vakmensen: gediplomeerde instrumentenbouwers zoals Otto Bienert, en kwaliteitscontroleurs.

Na de in gebruik name van de nieuwe fabriek in Best volgden de topjaren van Egmond. Men produceerde honderduizenden gitaren, die over de hele wereld verkocht werden. Helaas heeft het merk zijn populariteit vooral te danken aan zijn lage prijs. Het waren z.g.n. low-budget instrumenten. Veel serieuzere artiesten stappen al snel over op de duurdere merken uit Duitsland en Amerika. Veel van hen hebben voor hun “switch” we degelijk heel veel geleerd van en op hun Egmond/Miller/Wilson/Rosetti en daar ook plaatopnames mee gemaakt.
In het midden van de jaren ’60 kreeg Egmond een slechte naam. Zo is er een bedrijf in het oosten van ons land dat geen Egmond gitaar meer verkoopt omdat “de halzen al krom zijn als ze in de folder staan”. Toch is het vooral de lage prijs die de omzet hoog houdt. En natuurlijk het feit dat de modellen er zeer professioneel uitzien.

Een van hun ontwerpers was Theo Olfers. Hiernaast ziet u hem in folder bladeren.
Door die schitterende modellen en de prijs, werd iemand al snel verleid om ook eens gitaar te gaan leren spelen.
En……vaak kon je ze ook op afbetaling kopen. Als de gitaar was afbetaald kreeg je de gitaarhoes.
De firma Manhattan verkocht ze ook op afbetaling via advertenties in de radio/tv gids. Velen koesteren nog steeds hun “eerste Egmond” of denken er met weemoed aan terug.
Jarenlang bleef men de grootste producent van Europa. Wanneer echter lage loonlanden als Japan instrumenten gaan exporteren, kan men de concurrentie niet meer aan. Zelfs de introductie van de nieuwe zeer goede, instrumentenlijn Lion, biedt geen soelaas. Men gaat daarnaast met een aantal andere producenten samenwerken in de Tolchin Company en maakt dan ook Roderich Paesold gitaren. Verder gaat men een overeenkomst aan met de Martin Company en worden Alpha- en Vega gitaren gemaakt.
Begin jaren zeventig werd onder leiding van een geselecteerd aantal oud-werknemers uit Best in de sociale werkplaats WSD De Singel in Boxtel nog enige jaren de hoogwaardige akoestische Vega gitaren.
Nu onder de naam: Alpha en Vega. Ook de productie van Alpha gaat door als een merk van de Martin Company.
Uiteindelijk valt op 3 november 1977 het doek. De mallen worden gekocht door ex-kwaliteitscontroleur Piet Smits. Hij vervaardigt hierop nog enkele jaren gitaren met zijn naam op het label.
De muziekwinkel “Musica” wordt nog op verschillende locaties in Eindhoven voortgezet door Joep Egmond die de zaak overgenomen had van zijn vader Jaap, tot ook hij, kleinzoon van Uilke Gerard Egmond, in 2000 besluit daarmee te stoppen.
Er is dan helaas een einde gekomen aan een mooi stukje Nederlandse muziek historie.
2023
Joep Egmond had in 2023 het plan opgevat om weer Egmond-gitaren in Eindhoven te gaan produceren. Dit initiatief is, na vele hoopvolle pogingen, uiteindelijk niet van de grond gekomen.
Bronnen:
– Boek Wim Markenhof – ‘Egmond, gitaarfabriek in Nederland’
– Website: cliff-shadowsmeeting.eu
– Met eigen correcties en toevoegingen